De academische versie
Ben je geïnteresseerd in feiten, data en diploma’s? Hier vind je mijn bio.
De associatieve versie
Zeven taal- en werkgerelateerde feiten over mij:
1. Als kind van zeven wilde ik Zweeds leren. Op mijn twintigste heb ik het eindelijk gedaan. Op mijn achttiende, toen ik van de middelbare school af kwam, was ik nog niet zo ver. Toen leken de Grote Levensvragen belangrijker. Helaas bleek een studie filosofie naast interessant ook gortdroog en analytisch. Ik kan nu wel mooi op mijn cv schrijven dat ik Hegel, Aristoteles en Wittgenstein heb gelezen, maar geef toe: zeggen dat je Zweeds kent, maakt meer indruk. Al was het mij daar niet om te doen. Het was gewoon wat ik wilde.
2. Ik heb twee katten, Boris en Loki, die mijn leven en werk opfleuren en harmoniseren met hun rust. Loki heeft het gelukkig afgeleerd papier uit de printer te ‘helpen’ trekken.
3. Ik lees boeken in een andere taal (met name Duits, Engels en Zweeds) heel vaak hardop. Vraag mij niet waarom, het is een afwijking. Het is ook een manier om de taal in mij te integreren door ze tegelijk te lezen, uit te spreken en te horen.
4. Ik houd van Duits. Ik weet het, dat is niet populair, maar ik vind het een mooie taal. Ik leef op als ik Duits hoor, en om de zoveel tijd moet ik eens naar Duitsland om mijn batterijen op te laden, gewoon door Duits rondom mij te horen en te lezen.
5. Soms droom ik in taal; dan hoor ik zinnen die ik bij het wakker worden letterlijk kan neerschrijven. Vaak zijn dat zinnen in het Engels. Soms ook in het Nederlands, of zelfs het West-Vlaams.
6. Een van de hatelijkste dingen toen ik op de middelbare school Engels begon te leren, was dat de leerkracht geloofde in auditieve immersie: ze sprak alleen maar Engels tegen ons zonder iets op het bord te schrijven, en met die gesproken taal moesten wij het doen, aanvankelijk. Mijn grote frustratie was iedere keer: ‘Ja maar, hoe schrijf je dat?‘ Gelukkig leerden we na verloop van tijd ook Engels schrijven.
7. Ik schrijf elke ochtend – met zeer weinig uitzonderingen – minstens drie pagina’s volgens het principe van Julia Camerons morning pages: een non-stop braindump met de hand, waarbij je alles opschrijft wat je maar in de gedachten komt – zoals het in je gedachten komt.
Ik vind ochtendpagina’s een fantastische manier om te leren vertrouwen op je innerlijke stem. Het is een techniek waarmee je leert authentiek en natuurlijk te schrijven, zonder effectbejag.
De praktijk van elke dag te schrijven, zin of niet, inspiratie of niet, maakt ook dat writer’s block een onnozeliteit wordt. Ik geloof niet in writer’s block, net zo min als ik geloof in een geblokkeerde loodgieter die niet aan werken toekomt omdat hij of zij niet in de stemming is of het niet het juiste moment is. Schrijven is in grote mate een ambacht; inspiratie is een fijne extra, die toeslaat wanneer je systematisch en geduldig aan de weg blijft timmeren.
P.S. Ja, ik kijk altijd zo serieus op foto’s. Maar wees gerust: ik heb gevoel voor humor. Kijk maar naar mijn Facebook-pagina.